
De Veluwse Midwienterhoornbloazers blazen de olde rôep of een variatie daarop. Het is van belang de tonen even aan te houden zodat men “gedragen” blaast.
De midwinterhoorn heeft geen kleppen of gaatjes om de tonen te beïnvloeden.
De verschillende tonen kan men blazen door de lipspanning te verhogen of verlagen. Dagelijks vijf à tien minuten oefenen is de beste manier om het blazen te leren. Het blazen. Met de midwinterhoorn zijn door een redelijk geoefende blazer vier natuurtonen te halen. Een enkeling komt tot zes of zelfs zeven tonen. Het met meer dan vier of hooguit vijf tonen spelen lokte in het verleden echter geen waardering van de toehoorders. “Je kunt beter naar Oostenrijk gaan jodelen” merkte een voorstander van de “Oale roop” in Denekamp eens op. De tonen uit een midwinterhoorn zijn natuurtonen. Men kan het instrument niet stemmen, elke hoorn is anders en het is hoogst zeldzaam als twee hoorns samen zuiver klinken. De hoorn is dusdanig wispelturig dat geen enkele blazer altijd 100% zuiver kan blazen. De opzet is om om beurten “de boodschap” van elkaar over te nemen en die door te geven.